PERSBERICHT – Nieuw partnerschap tussen Nationale Monumentenorganisatie en Nationaal Restauratiefonds

Onlangs zijn de Nationale Monumentenorganisatie (NMo) en het Nationaal Restauratiefonds een partnerschap aangegaan. De ambities van beide organisaties die actief zijn in het monumentenveld sluiten bijzonder goed op elkaar aan. Het Restauratiefonds zet zich in voor springlevende monumenten en de NMo zet zich in voor een sterke en sterk verbonden monumentensector.

Logische klantreis van Monumentenportaal.nl naar Monumenten.nl
Het bekrachtigen van het partnerschap is een logische stap om de samenwerking nog verder vorm te geven. Zo is de NMo eigenaar van het Nationaal Monumenten Portaal, waar monumenten worden aangeboden die door het publiek beleefd of zelfs gekocht kunnen worden. Bezoekers van dit Monumentenportaal die interesse hebben in een monument dat te koop staat, worden sinds de samenwerking verwezen naar de website van het Restauratiefonds en hét informatieplatform voor monumenteigenaren: Monumenten.nl. Op deze wijze komt informatie over het financieren van restauratie, herbestemming of verduurzaming van monumenten via een logische klantreis bij het publiek terecht. Bovendien kunnen nieuwe monumenteneigenaren met elkaar in contact komen via de Monumenten Community. Dat komt ten goede aan het monument.

Kennisoverdracht
Beide organisaties zijn groot voorstander van het delen van kennis; zo werken zij sinds het uitbreken van de coronacrisis samen om monumentenbeheerders en -eigenaren te ondersteunen en hen handvatten te bieden om financieel zo gezond mogelijk de coronacrisis te doorstaan.

“Wij zijn verheugd het Restauratiefonds in ons NMo Netwerk te verwelkomen. De synergie tussen beide organisaties is groot; dat wordt nu ingezet voor hetgeen wij samen nastreven: springlevende monumenten en een sterk verbonden monumentensector,” aldus Marlo Reeders, directeur van de NMo.

“Vanuit het partnerschap met de NMo werken wij graag samen aan een nog betere informatieoverdracht naar eigenaren om monumenten daarmee springlevend te maken en te houden voor de toekomst! Wij kijken uit naar de verdere samenwerking,” aldus Kees-Jan Dosker, directeur van het Restauratiefonds.

Vacature: Office Manager Nationale Monumentenorganisatie (NMo)

De Nationale Monumentenorganisatie (NMo) is een vereniging van monumenten beherende organisaties die de monumentensector ondersteunt met o.a. netwerk- en kennisbijeenkomsten en bijvoorbeeld het Nationaal Monumenten Portaal. Omdat de NMo volop in beweging is, zoeken wij een nieuw teamlid dat net zo gek is van monumenten als wij en wil helpen bouwen aan een sterke en sterk verbonden monumentensector.

Wil je midden in de monumentensector werken als anker van een klein, dienstverlenend team? Hou je van organiseren, coördineren, bestuursvergaderingen notuleren en de website beheren? Vind je het leuk om nieuwsberichten en updates voor sociale media voor te bereiden en hou je van taal, van Word maar ben je ook handig met Excel? Als je trots bent op je vak, servicegericht, als je humor hebt en je ‘cool’ kunt bewaren in drukke tijden dan is deze veelzijdige baan echt iets voor jou!

Stuur je CV aan Angela Schoonderbeek: info@nationalemonumentenorganisatie.nl. Als wij denken dat je een geschikte kandidaat bent, sturen wij je graag het functieprofiel toe!

PERSBERICHT – Veenhuizen gegund aan erfgoedbeschermers

Het Rijksvastgoedbedrijf heeft vandaag bekend gemaakt dat het Ensemble Veenhuizen, de voormalige strafkolonie, is gegund aan het consortium bestaande uit de Nationale Monumentenorganisatie (NMo), BOEi en Stichting Het Drentse Landschap. Met deze bekendmaking komt een einde aan een lange procedure van openbare inschrijving voor de vervreemding van Veenhuizen door het Rijksvastgoedbedrijf en kan de doorontwikkeling verder opgepakt worden.

Lees het volledige persbericht hier.

Deelnemende Monumenten ‘Testen voor Toegang’

De lijst met de gegevens van de deelnemende monumenten wordt gepubliceerd en geactualiseerd op deze pagina. NB: Deelname is onder voorbehoud van onvoorziene omstandigheden.

Aalsmeerderbrug: Fort bij Aalsmeer | Alkmaar: Grote Kerk Alkmaar | Almere: Haven met Zeilschip Bounty | Ambt Delden: Landgoed Twickel | Ammerzoden: Kasteel Ammersoyen | Amsterdam: Gemeenlandshuis, Huis Bartolotti en het Joods Historisch Museum | Arcen: Kasteel Arcen (vrijdag gesloten) | Arnhem: Eusebiuskerk | Baarn: Kasteel Groeneveld | Breda: Grote Kerk Breda (vrijdag gesloten) | Delft: Museumhuis Van Meerten | Den Haag: Bezoekerscentrum Vredespaleis | Groningen: Der Aa-kerk | Herwijnen: GeoFort | Hilversum: Dudok Architectuur Centrum (GEANNULEERD) | Horst: Museum de Kantfabriek (GEANNULEERD) | Landgraaf: Slot Schaesberg | Leeuwarden: Huis van Eysinga | Naarden: Grote Kerk Naarden en Nederlands Vestingmuseum | Oud-Zuilen: Slot Zuylen | Rotterdam: Laurenskerk | Veere: Grote Kerk Veere | Zwolle: Academiehuis de Grote Kerk Zwolle.

Meer informatie hierover is te vinden via www.testenvoortoegang.nl en www.kunsten92.nl.

PERSBERICHT – ‘Testen voor Toegang’ opent a.s. vrijdag met Monumenten

Publiek maakt reservering en doet voorafgaand aan bezoek gratis sneltest 

Amersfoort, 6 april 2021 – Wie naar cultuur snakt, kan aanstaande vrijdag tot en met zondag één van de 25 monumenten in Nederland bezoeken. Bezoekers kunnen op de website van het deelnemende monument een tijd reserveren en worden daarna geleid naar de afsprakenplanner van de gratis sneltest in de buurt. Met een negatief testbewijs dat maximaal 40 uur oud is, kan men vervolgens het cultureel erfgoed betreden. De monumenten doen mee aan een pilot, die in de cultuursector plaatsvindt om ervaringen op te doen met (snel)test-infrastructuur. Uit voorzorg blijft het protocol monumenten wel van kracht en wordt het publiek gevraagd de 1,5 meter afstand in acht te nemen.

Kerken, Kastelen, Forten en Museumhuizen worden afgestoft
De deelnemende monumentenorganisaties stellen drie dagen hun monument open voor het publiek en ter beschikking van de wetenschap. Met deze pilots gaat de overheid immers de bereidheid, beheersbaarheid en uitvoerbaarheid van het sneltesten onderzoeken.

De beheerders van monumenten kunnen niet wachten. Anja Bon, locatiemanager van Buitenplaats Groeneveld in Baarn: “Wij zien elk weekend duizenden wandelaars om het kasteel, maar de deuren blijven gesloten. We zijn enthousiast en hebben extra activiteiten gepland voor dit bijzondere weekend, zoals rondleidingen en livemuziek op zaterdag en zondag. Wij dragen deze pilot een warm hart toe en hopen dat veel mensen hieraan meewerken. Zo komen we weer een stapje dichterbij definitieve openstelling.”

Ministerie en Taskforce slaan de handen ineen
In samenwerking met de Taskforce Creatieve en Culturele Sector werd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) de pilot-maand opgetuigd. De logistieke ondersteuning wordt uitgevoerd door Stichting Open Nederland. Voor monumenten kwam de Nationale Monumentenorganisatie (NMo) in actie, ondersteund door de Federatie Instandhouding Monumenten (FIM). Marlo Reeders, directeur van de NMo en lid van de Taskforce: “Het gebrek aan interactie tussen mens en monument is schrijnend. Niet alleen het publiek, maar ook de vrijwilligers lijden eronder. Voor velen is een belangrijk onderdeel van hun sociale leven stopgezet. Het publiek is te lang verstoken gebleven van een bezoek. Vaak hebben zij een band met het monument opgebouwd: zij bezoeken het regelmatig met familie en vrienden, hebben grote interesse en zijn trots dat het in hun gemeente staat. Laten wij hopen dat wij gezamenlijk op en op korte termijn door inventiviteit en daadkracht de juiste manier vinden voor duurzame openstelling.”

Deelnemende Monumenten:
De lijst met de gegevens van de deelnemende monumenten wordt gepubliceerd en geactualiseerd op: https://www.nationalemonumentenorganisatie.nl/nieuws. NB: Deelname is onder voorbehoud van onvoorziene omstandigheden.

Aalsmeerderbrug: Fortenstelling Amsterdam | Alkmaar: Grote Kerk Alkmaar |Almere: Haven met schip de Bounty| Ambt Delden: Kasteel Twickel | Ammerzoden: Kasteel Ammersoyen | Amsterdam: Gemeenlandshuis, Huis Bartolotti en het Joods Historisch Museum | Arcen: Kasteel Arcen (vrijdag gesloten) | Arnhem: Eusebiuskerk | Baarn: Kasteel Groeneveld | Delft: Museumhuis Van Meerten | Den Haag: Bezoekerscentrum Vredespaleis | Groningen: Der Aa-kerk | Herwijnen: GeoFort | Hilversum: Dudok Architectuur Centrum | Horst: Museum de Kantfabriek | Landgraaf: Slot Schaesberg | Leeuwarden: Huis van Eysinga |Naarden: Grote Kerk en Nederlands Vestingmuseum | Oud-Zuilen: Slot Zuylen | Rotterdam: Laurenskerk | Veere: Grote Kerk | Zwolle: Academiehuis de Grote Kerk Zwolle.

Overige pilots in april
Later deze maand is het de beurt aan de theaters en concertpodia (13 – 21 april), de musea en instellingen voor beeldende kunst (19 – 25 april) en de poppodia (22 – 30 april). Meer informatie hierover is te vinden via www.testenvoortoegang.nl en www.kunsten92.nl.

Online leren over de betekenis van religieus erfgoed

Nieuwe e-learning voor vrijwilligers
Voor alle vrijwilligers en medewerkers die zich inzetten voor de instandhouding en openstelling van gebedshuizen in Nederland èn die meer willen weten over religieus erfgoed, presenteert e-learningplatform Leer je Erfgoed de nieuwe module ‘Introductie op religieus erfgoed’.

‘Introductie op religieus erfgoed’ gaat in op de verschillende vormen van dit type erfgoed en plaatst het in een brede maatschappelijke context. Kerkgebouwen, kloostercomplexen, synagogen en andere gebedshuizen vervullen van oudsher al diverse maatschappelijke functies. Hoewel de scheiding van kerk en staat discussies kan oproepen over de mate van inmenging door de overheid, zijn de twee in de praktijk sterk met elkaar verweven.

De module beperkt zich niet tot de gebouwen of bouwstijlen, maar gaat ook in op het belang van een zorgvuldige omgang met kerkinterieurs en de aanwezige goederen. Verschillende voorbeelden laten zien wat er mis kan gaan als een geloofsgemeenschap zich onvoldoende bewust is van wat zij in huis heeft. Ook de toekomst van het religieus erfgoed in Nederland komt in de module aan bod. Steeds meer kerkgebouwen verliezen hun kerkelijke functie. Ze worden her- of nevenbestemd of een andere geloofsgemeenschap neemt er haar intrek in. Burgerlijke gemeenten maken in samenwerking met eigenaren, omwonenden en andere betrokkenen zogenaamde kerkenvisies, waarin zij de toekomst van hun kerkenbestand in kaart proberen te brengen.

Aan de totstandkoming van ‘Introductie op religieus erfgoed’ werkten inhoudelijk experts mee van de Vereniging van Beheerders van Monumentale Kerkgebouwen in Nederland (VBMK) en Museum Catharijneconvent. De module werd mogelijk gemaakt door een subsidie van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed aan de VBMK.

Leer je Erfgoed
Leer je Erfgoed is een e-learning platform voor alle vrijwilligers die zich inzetten voor het behouden en toegankelijk maken van ons erfgoed. Het biedt een leuke en makkelijke manier om je (praktische) kennis over (de omgang met) erfgoed uit te breiden.

Via het platform kun je diverse modules volgen, die een scala aan onderwerpen behandelen. Iedere cursus is gemaakt door een ontwikkelteam van deskundigen uit het veld met expertise over het betreffende onderwerp.

Vrijwilligers kunnen via de erfgoedorganisatie waarvoor zij zich inzetten bij het platform worden aangemeld. Erfgoedorganisaties kunnen op hun beurt bijdragen aan de ontwikkeling van nieuwe modules. Neem voor meer informatie contact op met leerjeerfgoed@erfgoedacademie.nl of kijk op leerjeerfgoed.nl.

Leer je Erfgoed is een initiatief van de ErfgoedAcademie, de Nationale Monumentenorganisatie en Stichting Nederland Monumentenland.

Kerstgroet

Het maakt niet uit hoe ver je van elkaar staat

Er is altijd een manier om samen te schitteren.

Vrolijk Kerstfeest en een Monumentaal 2021,

Nationale Monumentenorganisatie.

1. Voorzijde.jpg

Hoeveel monumenten in de sneeuw herken jij op deze kaart?

4. Achterzijde.jpg

PERSBERICHT – Marlo Reeders nieuwe directeur

Marlo Reeders nieuwe directeur Nationale Monumentenorganisatie (NMo)

Amersfoort, 6 mei 2020 – Het bestuur van de Nationale Monumentenorganisatie (NMo) heeft per 1 april Marlo Reeders benoemd tot directeur. Reeders is sinds 2018 directeur van Stichting Nederland Monumentenland (NML) en zal beide functies combineren.

Verbindend ondernemer
Met deze benoeming heeft het bestuur van NMo gekozen voor een verbindend ondernemer met een breed netwerk. Reeders (51) heeft in het verleden de Grote Kerk Naarden getransformeerd tot een sterk merk met een goedlopende exploitatie. Voor Nederland Monumentenland werkt zij aan het verbinden en optimaliseren van de merken BankGiro Loterij Open Monumentendag, de Erfgoedstem en het Nationaal Monumentencongres. Reeders volgt jhr. Robert Quarles van Ufford op, die eind vorig jaar werd benoemd tot secretaris-generaal van de Organization of World Heritage Cities (OWHC).

Synergie
De besturen van de NMo en NML zijn beide groot voorstander van synergie binnen de monumentensector en verwachten dat de dubbele functie voor Reeders hieraan zal bijdragen.

Over de Nationale Monumentenorganisatie (NMo)
De Nationale Monumentenorganisatie is een vereniging van professionele monumenten bezittende en exploiterende organisaties die onderling samenwerken, kennis en deskundigheid omtrent monumentenzorg delen en zich inzetten voor een sterke monumentensector. In 2016 verwierf de NMo een vooraanstaande monumenten-portefeuille van het Rijk, die sindsdien ondergebracht is in Stichting Monumenten Bezit. In 2019 werd daar de Oostkerk in Middelburg aan toegevoegd.

De vereniging telt momenteel zestien leden, waaronder Vereniging Hendrick de Keyser, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Stadsherstel Utrecht, BOEi en Vrienden van de Geldersche Kasteelen.
Strategische hoofdlijnen van de NMo zijn onder meer dienstverlening, kennisuitwisseling en publieksbereik. In dat kader heeft de NMo het online Nationaal Monumenten Platform (een platform voor vraag en aanbod) ontwikkeld.
NMo is de organisator van kennis- en expertisebijeenkomsten voor allen die zich inzetten voor het behoud van monumenten. Hiermee is er complementariteit met de activiteiten van Nederland Monumentenland. www.nationalemonumentenorganisatie.nl

Over Stichting Nederland Monumentenland (NML)
Nederland Monumentenland wil monumenten verbinden met het dagelijks leven van elke Nederlander om zo het draagvlak voor het behoud van monumenten te vergroten. Door ontmoetingen tussen eigenaren, erfgoedprofessionals, publiek en monumenten te faciliteren, worden de monumenten beleefd, opnieuw gewaardeerd en gekoesterd.

Stichting Nederland Monumentenland organiseert de volgende activiteiten: BankGiro Loterij Open Monumentendag (beleving van monumenten door het grote publiek), Nationaal Monumentencongres (congres voor professionals/beleidsmakers) en De Erfgoedstem (digitale nieuwsbrief over erfgoed en archeologie). www.nederlandmonumentenland.nl

Informatie en beeldmateriaal
info@nationalemonumentenorganisatie.nl

Contactpersonen
Anton Valk, voorzitter bestuur NMo
Roland van Schelven, voorzitter bestuur NML
Marlo Reeders, directeur

Foto van Marlo Reeders, gemaakt door Mabel Cohen Stuart, gebruiksrechtenvrij

Marlo.jpg

Symposium ‘Veiligheid op Forten en Vestingwerken’ – GEANNULEERD

In verband met de ontwikkelingen van het Corona-virus zal het symposium ‘Veiligheid op forten en vestingwerken’ GEEN doorgang vinden op 31 maart. Zodra dat mogelijk is wordt een nieuwe datum gepland.

Het is ons een genoegen u uit te nodigen voor het symposium Veiligheid op Forten en Vestingwerken op 31 maart aanstaande. Deze bijeenkomst is een initiatief van Debie&Verkuijl en wordt mede georganiseerd door Liniebreed Ondernemen, Monumentenbezit en de Nationale Monumentenorganisatie.

Het symposium zal plaatsvinden op dinsdag 31 maart aanstaande van 13:00 – 18:00 uur bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Smallepad 5, Amersfoort.

Het onderwerp is: “Veiligheid op Forten en Vestingwerken”.

Een zestal sprekers zal hun kennis en ervaringen op dit onderwerp in een afwisselend middagprogramma met u delen.

Hier vindt u de aankondiging voor deze bijeenkomst met de toelichting op het programma en alle relevante (praktische) gegevens.

U bent van harte welkom op deze bijeenkomst. De kosten bedragen €25 per persoon.

Graag ontvangen wij uw aanmelding. Aanmelden kan op dit formulier.

Verslag: Studiedag ‘Monumenten in het licht: hoe verlicht je een historisch in- en exterieur goed en wat levert dat op?’

Vrijdag 8 november 2019, Het Dordrechts Museum

Het lijkt zo eenvoudig. Je drukt op een schakelaar en je hebt licht om te zien, te werken of te lezen. Maar goede verlichting is maatwerk. Daarom organiseerden de Nationale Monumentenorganisatie (NMo) en Stichting Het Nederlandse Interieur (SHNI) op 8 november in het Dordrechts Museum een studiedag over het verlichten van historische in- en exterieurs, die door ruim negentig deskundigen werd bijgewoond.

Naast eigentijdse toepassingen als ledlampen werd tijdens de studiedag ook stilgestaan bij hoe het vroeger was. Keynote speaker Lisa White, tot haar pensionering adviseur van het National Trust dat in het Verenigd Koninkrijk talloze monumenten beheert, ging uitgebreid in op hulpmiddelen als spiegels en reflecterende verfkleuren die in vorige eeuwen zijn gebruikt om in het donker beter te kunnen zien. ‘Onze voorouders hadden het niet gemakkelijk. Zij moesten het doen met kaarslicht en het licht dat het haardvuur gaf’, vertelde zij. ‘Kleding had niet voor niets weerkaatsende versiering. En dat gouden randje op het kop en schoteltje… Gewoon een hulpmiddel om het in het donker beter te kunnen zien’.

De tweede inleider was Rob van Beek, restauratiearchitect bij de sectie Monumenten en Kunst van het Rijksvastgoedbedrijf. ‘De diversiteit aan monumenten die het Rijksvastgoedbedrijf beheert, vraagt om specifieke kennis’, hield hij zijn toehoorders voor. ‘En om innovatieve en duurzame toepassingen, ook bij verlichting. Zo gebruikt het RVB in kroonluchters een speciaal ontwikkeld ledlampje’.

Van Beek geldt als een vooraanstaand deskundige in Europa als het gaat om het aanlichten van monumentale ruimten of historische objecten. Zo ontwierp hij samen met externe partijen het recent gerealiseerde lichtplan voor het praalgraf van Willem van Oranje in de Nieuwe Kerk in Delft. ‘Licht heeft grote invloed op hoe je een ruimte beleeft’, stelde hij. ‘In een museale woning moet het licht bijdragen aan de tijdsperiode die de bezoeker wordt geacht te ervaren. Maar de monumentale ruimten die het RVB beheert, bijvoorbeeld paleizen, ministeries of rechtbanken, hebben ook een werkfunctie. Daar vraagt verlichting om slimme, andere oplossingen’.

‘In een historische kroonluchter wil je lampjes gebruiken die de lichtsterkte en kleurtemperatuur van kaarsen hebben’, vervolgde Van Beek. ‘Maar wil je goed kunnen lezen, dan zou je in zo’n kroonluchter 50 gloeilampen moeten draaien. Je moet dus zoeken naar aanvullende alternatieven. Bijvoorbeeld ledstrips of -spotjes die, onopvallend geplaatst, zorgen voor voldoende licht’.

‘Om de kleurtemperatuur van echt kaarslicht in monumentale ruimten te krijgen, heeft het RVB samen met het bedrijfsleven een speciaal LED-lampje ontwikkeld’, vertelde Van Beek. ‘Dit wordt sinds het verbod op de gloeilamp toegepast. Deze ontwikkeling is overigens in Europa niet onopgemerkt gebleven. Ook in paleizen in Potsdam en Lissabon wordt het lampje inmiddels gebruikt.’

Spreker Hans Kattemölle van het bedrijf New Urban View ging in op het verlichten van het exterieur van monumenten. ‘Het aanlichten van monumenten kan een belangrijke bijdrage leveren aan het verhogen van de beleving,’ begon Hans zijn lezing. Met een reeks voorbeelden uit Amersfoort, Amsterdam en Middelburg toonde hij zijn visie op een lichtontwerp voor historische gebouwen. Ook ging hij in op de financiële haalbaarheid van dergelijke projecten.

Na een zeer goed verzorgde lunch werd het programma vervolgd met drie lezingen die ingingen op verschillende concepten voor verlichting van historische huizen. Ida Stamhuis van de Menkemaborg nam het publiek mee in de verlichtingsgeschiedenis van deze achttiende-eeuwse buitenplaats. ‘Dit soort zaken documenteer je niet,’ vertelde zij. Toch kon zij laten zien hoe de Menkemaborg in het verleden met verlichting omging. Waar voorheen halogeen spotjes in de ruimte werden geplaatst om museale objecten uit te lichten, kent dit historische huis nu een uitgekiend verlichtingsplan met ledspots. Deze hedendaagse verlichtingsbronnen zijn voor de bezoeker onzichtbaar weggewerkt. Eén maal per drie jaar krijgen bezoekers de kans om het huis verlicht te zien door historische lichtbronnen, op de Kaarslichtavond.

Wyke Sybesma van Huis Van Gijn vertelde hoe zij gedurende de afgelopen vijf jaar het historisch lichtconcept in dit negentiende-eeuwse huis hebben hersteld. ‘Het is altijd weer kiezen of je objecten mooi wilt uitlichten of dat je de situatie van rond 1900 zo dicht mogelijk wilt benaderen.’ Huis Van Gijn koos voor het laatste en Wyke toonde ook met welke praktische zaken men als conservator dan te maken krijgt. ‘Het belangrijkste is nog wel om de verwachting van de bezoeker bij binnenkomst bij te stellen,’ betoogde Sybesma. Het gaat dus ook voor een deel om de educatie omtrent licht.

De laatste lezing van de dag werd gegeven door Valentijn Carbo van Vereniging Hendrick de Keyser. Als men zoveel bezit uit zoveel verschillende periodes heeft, kan er bijna geen sprake zijn van één allesomvattend lichtconcept, zei Carbo. Per categorie huizen wordt dan ook steeds gezocht naar het meest passende lichtbeeld. Bij jongere huizen, zoals de twintigste-eeuwse huizen van Gerrit Rietveld en Sybold van Ravensteyn, worden er dus andere keuzes gemaakt dan bij oudere huizen. ‘Bij het plaatsen van gekleurde spots trekken we een lijn,’ vertelde Carbo terwijl hij beelden toonde van een evenement op één van hun verhuurlocaties. In andere huizen, zoals in de Monument en Bed-locaties, wordt dan weer gezocht naar een evenwicht tussen historisch wonen met moderne luxe. Dat levert bijzondere combinaties op, zoals een hedendaagse design lamp in het historische interieur van Huis Bonck in Hoorn.

Tijdens de discussie passeerde veel licht-gerelateerde onderwerpen de revue. Vragen waar zoal op werd ingegaan waren: Moet je oude kroonluchters nu wel of niet willen elektrificeren? Hoe kijken verzekeraars naar het veranderen van de verlichting en wat zien zij als risico’s? Wat kunnen kleur- en interieurspecialisten van deze dag meenemen in hun onderzoeks- en adviespraktijk? De dag werd besloten met de vertoning van de film Das Licht des Königs – met dank aan Käthe Klappenbach van Stiftung Preußische Schlösser und Gärten – en een bezoek aan Huis Van Gijn. Voor de borrel werd het gezelschap ontvangen in Het Dordts Patriciërshuis. Aan het einde van de dag kregen de deelnemers – met dank aan de leverancier QoQ Light – het  “RVB-ledlampje” mee. ‘Ik ga het gelijk uittesten!’, riep een van hen de organisatie bij het afscheid toe.

De Nationale Monumentenorganisatie en Stichting Het Nederlandse Interieur zijn de sponsoren zeer dankbaar. Zonder de bijdragen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Provincie Zuid-Holland, Gemeente Dordrecht en Het Dordts Patriciërshuis was het niet mogelijk geweest deze dag te organiseren.

Dit verslag is tot stand gekomen in samenwerking met Jos Jochemsen (Rijksvastgoedbedrijf).

NMo NU Bijeenkomst 8 november: Monumenten in het Licht

Monumenten in het Licht

Een studiedag over het verlichten van historisch in- en exterieurs georganiseerd door NMo en SHNI

8 november 2019 te Dordrecht

 De Nationale Monumentenorganisatie en Stichting Het Nederlandse Interieur nodigen u uit voor de studiedag ‘Monumenten in het Licht. Hoe verlicht je historische in- en exterieurs?’ die zij samen organiseren op vrijdag 8 november a.s. in Dordrecht.

Tijdens de studiedag zullen gerenommeerde sprekers ingaan op diverse onderwerpen die samenhangen met het verlichten van monumenten. Keynote speaker is Lisa White. Zij is meubel- en interieurhistorica, voormalig voorzitter van de National Trust Arts Advisory Panel en voormalig directeur van de Attingham Summer School for the study of Historic Houses and Collections. Er is veel geschreven over historische interieurs en hun meubilering, maar zelden is dit geïnterpreteerd in relatie tot kunstmatige verlichting. In haar lezing geeft Lisa White daarom een overzicht van historische verlichting en de impact daarvan op het huisinterieur en de inventaris. Hoe kwam kunstmatige verlichting tot stand en hoe beïnvloedde dat het gebruik en activiteiten in huis?

De andere sprekers zullen vervolgens elk vanuit hun eigen praktijk ingaan op de dilemma’s, uitdagingen en eindresultaten van het opstellen en uitvoeren van lichtplannen voor monumentale bouwwerken en historische interieurs. Geïnspireerd door de lezingen gaan we vervolgens met elkaar in gesprek over dit thema. Na de discussie heeft u de gelegenheid om de film ‘Das Licht des Königs’ te zien en Huis Van Gijn te bezoeken. We sluiten de dag af met een borrel in Het Dordts Patriciërshuis.

In verband met de capaciteit van het Dordrechts Museum en Huis Van Gijn is het maximum aantal deelnemers vastgesteld op 90, waarvan 45 plaatsen zijn gereserveerd voor NMo. Wees er dus snel bij!

 

Datum                 

8 november 2019, 10:00-18:00 uur, inloop vanaf 09:30 uur

 

Locaties              

Dordrechts Museum, Museumstraat 40, 3311 XP Dordrecht

Huis Van Gijn, Nieuwe Haven 29-30, 3311 AP Dordrecht

Het Dordts Patriciërshuis, Wolwevershaven 9, 3311 AV Dordrecht

De drie locaties bevinden zich op 5-10 minuten lopen van elkaar.

 

Aanmelden via

info@nationalemonumentenorganisatie.nl

 


Programma

09.30-10:00      Inloop met koffie en thee

10.00-10:15      Welkom door Annette de Vries, hoofd Collecties Dordrechts Museum

               Opening door dagvoorzitter Charlotte van Emstede

10:15-11:15        Lisa White, National Trust Arts Advisory Panel en Attingham Summer School

11:15-11:45        Rob van Beek, Rijksvastgoedbedrijf

11:45-12:15        Hans Kattemölle, New Urban View

12:15-12:30        Afsluiting van het ochtendprogramma door de dagvoorzitter

12:30-13:30        Lunch

13:30-13:45        Opening van het middagprogramma door de dagvoorzitter

13:45-14.15       Ida Stamhuis, Menkemaborg

14:15-14:45        Wyke Sybesma, Huis Van Gijn

14:45-15:15        Valentijn Carbo, Vereniging Hendrick de Keyser

15:15-16:00        Discussie en afsluiting

16:00-17:00        Vertoning film ‘Das Licht des Königs’ en bezoek Huis Van Gijn

17:00-18:00        Borrel in Het Dordts Patriciërshuis

18.00                 Einde

 

Bereikbaarheid en parkeren

Het Dordrechts Museum geeft uitrijkaarten voor parkeergarage P1 uit à €14,00 per stuk. Volg de ANWB borden richting Centrum en vervolgens P1 Parking. Het museum bevindt zich op 2 minuten (200 meter) lopen. De P1 Parking is 24 uur per dag geopend. Graag vernemen of u hier gebruik van wenst te maken.

 

Museumkaart

Heeft u een Museumkaart? Neem deze alstublieft mee en laat de musea uw bezoek registreren.

 

No show

Deelname aan de studiedag is kosteloos, maar niet vrijblijvend. Voor no-show zonder afmelding uiterlijk 24 uur van tevoren worden de kosten voor lunch en borrel á €30,- in rekening gebracht.

 Deze dag is mede mogelijk gemaakt door Provincie Zuid-Holland, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Dordrechts Museum en Het Dordts Patriciërshuis.

 


Screenshot_1.png

 

Profiel Directeur Nationale Monumentenorganisatie (NMo)

Vacature per 1-10-2019 voor 36 uur in de week

De directeur van de NMo is in de eerste plaats een boegbeeld in de culturele sector, een netwerker en een verbinder. Samenwerking is de basis waarop de NMo is gebouwd. Hij of zij moet in staat zijn de belangen van de aangesloten lid-organisaties samen te brengen, hier beleid op te maken en dit uit te voeren. Bestuurlijke sensitiviteit is van groot belang. De directeur is de schakel tussen het bestuur van de vereniging, de uitvoerende stichting en de medewerkers, leden en partners van de vereniging.

Hij/zij heeft inhoudelijke kennis van de culturele sector en functioneert op academisch denk- en werkniveau. Kennis van gebouwd erfgoed en groen erfgoed strekt tot aanbeveling. Kandidaten die niet uit monumentenorganisaties afkomstig zijn, worden nadrukkelijk geadviseerd te solliciteren. Hij/zij beschikt over strategisch inzicht, communicatieve en diplomatieke vaardigheden en is bekend met de wegen naar politiek en overheid.

De directeur beschikt over een analytische en ondernemende geest en is aantoonbaar bekend met ondernemerschap in de cultuursector. Hij/zij kent de wegen naar financiële middelen (fondsen, etc.) en is thuis in de wereld van vermogensbeheer en de financiële sector.

De directeur beschikt over commerciële kwaliteiten. Dit is belangrijk omdat de vereniging in belangrijke mate afhankelijk is van eigen verdienmodellen. De directeur is in staat om kansen voor het ontwikkelen van verdienmodellen in het veld te signaleren en daadwerkelijk uit te werken en te implementeren.

De directeur is ambtshalve tevens voorzitter van de Raad van Toezicht van de Stichting Monumenten Bezit (SMB). Hij oefent samen met twee andere leden van de Raad het toezicht uit op deze stichting waarin de door de NMo verworven monumenten zijn ondergebracht en worden beheerd.

Gezien de schaal van de organisatie met een klein team, is het belangrijk dat er een optimale aansluiting is bij het team dat bestaat uit twee vaste medewerkers, drie projectmedewerkers en een aantal vrijwilligers/adviseurs. Directeur en team moeten volledig op elkaar zijn ingespeeld. Dit is nodig om met een kleine organisatie veel werk te verzetten. De fase waarin de NMo zich bevindt vraagt om iemand die in staat is om samen met het team de sedert 2013 opgebouwde organisatie verder uit te bouwen en duurzaam te verankeren in de culturele sector.

Salariëring vindt plaats conform beloningsvoorschriften voor CBF Goede Doelen.

U kunt uw belangstelling voor deze vacature kenbaar maken door vóór dinsdag 10 september 2019 een brief te zenden aan: secretariaat NMo t.a.v. mevrouw E. de Kruijff, Daam Fockemalaan 22, 3818 KG Amersfoort.

Verslag NMo NU 11 – Energietransitie en (wereld)erfgoed

Wat betekent de overgang naar een duurzaam energiesysteem voor het Nederlandse (wereld)erfgoed?Stichting Werelderfgoed Nederland en Nationale Monumentenorganisatie

Samen met Stichting Werelderfgoed Nederland organiseerde de Nationale Monumentenorganisatie op 6 juni 2019 een bijeenkomst over Energietransitie en (wereld)erfgoed. Deze bijeenkomst stond in het teken van de vraag wat de overgang naar een duurzaam energiesysteem voor het Nederlandse (wereld)erfgoed betekent.

De middag startte met een interview met Nanette van Goor van Stichting Werelderfgoed Nederland en Erik Luijendijk van de Nationale Monumentenorganisatie. Op de vraag van dagvoorzitter Charlotte van Emstede waarom het voor beide organisaties belangrijk was om een middag over dit thema te organiseren, antwoordden zij dat zij zich terdege bewust zijn van het feit dat zij als nationale koepelorganisaties een belangrijke voorbeeldfunctie vervullen. “Dat is voor ons een extra impuls om zo’n thema zelf aan de orde te stellen en hierin samen op te trekken.”

Welke meningen en oordelen leefden eigenlijk onder de 70 deelnemers aan de bijeenkomst? Middels het voorleggen van drie stellingen werd duidelijk dat lang niet iedereen het erover eens was dat erfgoed moet worden ontheven van het treffen van energiemaatregelen. “Het is een belangrijke opgave waarin we juist samen moeten optrekken’, was de mening van een tegenstander. Terwijl een voorstander -betrokken bij het werelderfgoed Rietveld Schröderhuis in Utrecht- juist van mening was dat sommige monumenten wel moesten kunnen worden vrijgesteld.

Eerste spreker van de dag was Ana Pereira Roders, hoogleraar Heritage & Values aan de TU Delft. In haar presentatie nam Ana het publiek mee in het onderzoek dat zij en haar team doen op het gebied van werelderfgoed. Zeer duidelijk liet zij zien wat voor waarden diverse betrokkenen aan erfgoed toekennen, hoe je dit in beeld kunt krijgen en hoe belangrijk het is om dit als basis voor toekomstscenario’s te nemen. Monumenten zijn de uitzondering op de regel, benadrukte Ana, en vergen daarom een bijzondere denkwijze als het aankomt op duurzaam herontwikkelen. Ontluisterend voor het publiek was Ana’s boodschap dat Nederland lang niet het braafste jongetje in de klas is: op de ranglijst van landen die hernieuwbare energiebronnen gebruiken staat Nederland bijna onderaan.

De tweede presentatie was van de hand van Froukje van de Klundert van het bureau Posad Maxwan. Samen met Generation Energy en Land-ID deed zij onderzoek naar de mogelijkheden van het plaatsen van duurzame energiebronnen in de gebieden van de Stelling van Amsterdam en de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Met een overzichtelijke vergelijking van de hoeveelheid energie die verschillende duurzame en minder duurzame bronnen leveren, werd meteen duidelijk dat hernieuwbare energiebronnen ruimte vergen. De impact op ons cultuurlandschap zal dus enorm zijn. Het is de zoektocht waar je dit soort bronnen en in welke hoeveelheid kunt plaatsen. Om dat te achterhalen, toonde Froukje, werden eerst de kernkwaliteiten van de Stelling van Amsterdam en de Nieuwe Hollandse Waterlinie geïdentificeerd. Daarbij was het van belang om te bepalen in welke aspecten precies de outstanding universal value van deze twee werelderfgoed sites schuilt. Op basis daarvan zijn ontwerpregels geformuleerd, die zijn getest op verschillende voorbeeldlocaties.

Marieke van Zanten en Ingrid Nij Bijvank van Herel van Het Oversticht namen het publiek mee in de werk- en denkwijze van Het Oversticht. “Energie is van alle tijden, en weerstand ook”, werd duidelijk. Met een historisch overzicht van energielandschappen maakte de spreeksters duidelijk dat de weerstand tegen de energietransitie vooral ligt in het feit dat de energieproductie weer zeer zichtbaar wordt, zoals in het verleden eigenlijk ook de houtkap en veenontginning. Juist omdat monumenten vragen om kwaliteit -en dus innovatie op het vlak van energiemaatregelen- moeten we deze categorie niet ontzien, bepleitten Marieke en Ingrid. De nieuwe energielandschappen hebben de potentie om het erfgoed van de toekomst te worden. Wat de kracht van cultuurhistorie in energievraagstukken is, werd vervolgens duidelijk in de diverse voorbeeldprojecten van Het Oversticht.

Het inhoudelijke deel van de middag werd afgesloten met een plenaire discussie. Vragen uit de zaal waarover het panel zich boog, waren: “Welke rol zouden gemeentes in deze ontwikkeling moeten spelen: de regie over de energieopwekking (terug)nemen of dit aan de markt overlaten?”, “Wat sorteert effect: grootschalige ingrepen of juist kleine aanpassingen aan het erfgoed”, en ““Wat voor financiële prikkels vanuit de overheid zouden het gewenste effect hebben?” De afsluitende borrel bood volop gelegenheid om nog eens door te praten over het thema en om nieuwe contacten te leggen met collega’s vanuit het hele land.

De sprekers zijn zo genereus geweest om hun presentaties ter beschikking te stellen.

NMo NU 8.jpg

Training Effectief Monumentenbeheer

In september 2019 gaat de tweede editie van de Training Effectief Monumentenbeheer van de Nationale Monumentenorganisatie (NMo) van start. Belangstellenden kunnen zich via deze link aanmelden voor de training.

Om tot een effectief en kwalitatief hoogwaardig, maar zeker ook innovatief beheer van monumenten te komen, is naast kennis van techniek, processen en wet- en regelgeving een gevoel van ‘goed vakmanschap’ nodig. Hoe maak ik, met alle informatie die voorhanden is en met alle partijen die betrokken zijn, nu de juiste keuzes? Wat zijn stappen om tot die keuzes te komen? En hoe kan ik dat doen zonder voor alles extern advies in te huren? In een tijd waarin de Rijksoverheid meer verantwoordelijkheden aan private partijen over laat, is het voor monumentenorganisaties belangrijk om een eigen stijl in en visie op monumentenbeheer te ontwikkelen.

Tijdens de training zal de NMo een kijkje in hun eigen keuken geven. Dit wordt gedaan aan de hand van het beheer van één van de 29 monumenten die door het Rijk aan de NMo zijn overgedragen. Ook zullen we op bezoek gaan bij meerdere locaties van leden van de NMo, waarbij we zullen ingaan op speciale thema’s in relatie tot monumentenbeheer.

Om u op weg te helpen die eigen stijl en visie (verder) te ontwikkelen, heeft de NMo de training Effectief Monumentenbeheer opgezet. Effectief Monumentenbeheer is een interactieve training, waarbij lezingen door experts, discussie, inhoudelijke intervisie met mede-trainees, en locatiebezoek elkaar afwisselen. Deelnemers brengen zelf een casus in, waaraan gedurende de gehele training wordt gewerkt en die op interactieve wijze wordt behandeld, zowel door de trainer(s) als ook door de mede-trainees. Op die manier verwerven trainees inzicht in de uitdagingen van monumentenbeheer, krijgen zij praktische adviezen en handvatten mee om die uitdagingen aan te gaan en verlaten zij de training met een concreet resultaat.

Programma 2019

Dag 1 | 3 september | Effectief monumentenbeheer – wat, waartoe en hoe
Dag 2 | 8 oktober | Samenwerken met stakeholders en burgers
Dag 3 | 29 oktober | Duurzaamheid en energietransitie
Dag 4 | 19 november | Visieontwikkeling op exploitatie en beheer
Dag 5 | 10 december | Eindpresentaties, certificaatuitreiking en feestelijke borrel

Voor wie is deze training bedoeld?

Deze training is bedoeld voor projectleiders en beleidsmedewerkers op het gebied van monumentenbeheer die werkzaam zijn bij (erfgoed)organisaties die monumenten bezitten en/of beheren.

Kosten

NMo-leden: € 950,- (excl. 21% btw) per persoon

Niet-leden: € 1.375,- (excl. 21% btw) per persoon

De periode van aanmelding loopt van 1 t/m 31 mei 2019.

Voor aanmelden klik hier. Via deze link vindt u de brochure over de Training Effectief Monumentenbeheer. Mocht u hier nog vragen over hebben neem dan contact op via 0337600264.

Verslag NMo NU 10 – 7 februari 2019 – Kerkenvisies: een impuls voor de toekomst van monumentale kerkgebouwen in Nederland

Ook in 2019 gaat de NMo door met het organiseren van de inmiddels welbekende NMo NU bijeenkomsten. In vier middagen worden verschillende actuele onderwerpen uit de erfgoedzorg behandeld. Daarnaast is er volop gelegenheid tot netwerken en het uitwisselen van ervaringen.

De eerste bijeenkomst van dit jaar vond plaats op donderdag 7 februari. De NMo mocht de deelnemers –60 in totaal– deze keer ontvangen in de kerkzaal van De Wittenberg, de voormalige Evangelisch-Luthers Diaconie Oude Mannen- en Vrouwenhuis Amsterdam. Een passende locatie voor een NMo NU bijeenkomst waarin we ingingen op het thema ‘Kerkenvisies: een impuls voor de toekomst van monumentale kerkgebouwen in Nederland’.

Frank Strolenberg, programmaleider Toekomst Religieus Erfgoed, was de eerste spreker. Vanuit het perspectief van de rijksoverheid vertelde hij over het hoe, wat en waartoe van het instrument kerkenvisie. Hij startte zijn presentatie met een live enquête. Door de deelnemers tien vragen te laten beantwoorden, kon de spreker het publiek een leerzame spiegel voorhouden over hun idee van de betekenis van kerkgebouwen, en van knelpunten en succesfactoren van een kerkenvisie. Na deze interactieve start, vertelde Strolenberg meer over de noodzaak tot het begeleiden van verandering van kerkgebouwen. Van de in totaal ruim 6.500 gebedshuizen zal in de komende jaren naar verwachting 30-80% zijn religieuze functie verliezen. Hoewel ook deze trend van verandering een constante factor is in de geschiedenis van de kerken, is er grote behoefte aan het bieden van nieuwe perspectieven op het gebruik van deze categorie bijzondere gebouwen. En die nieuwe kansen worden ook gezien door ondernemers, nieuwe kerkgenootschappen, burgers en de generatie van de millennials. En dat er veel nieuwe functies op een mooie manier kunnen worden ingepast in een kerk, toonde Strolenberg met verschillende recente voorbeelden. Maar het zou zo mooi zijn als dit alles vanuit een integrale visie zou plaatsvinden, waarin op lokaal niveau wordt gekeken hoe de toekomst er voor alle kerken in een gemeente kan uitzien. En dat is precies wat de Programmalijn Lokale Integrale Kerkenvisies beoogt te doen. Het is een instrument dat die dialoog helpt vormgeven en de betrokken partijen ondersteunt om gezamenlijk, gedragen strategische keuzes te maken. Met dezelfde bouwstenen, kan zo elke kerkenvisie een eigen vorm krijgen die aansluit bij de wensen en behoeften van de betrokken partijen.

Hoe zo’n integrale kerkenvisie er dan in de praktijk uitziet, vertelde Alice Gut, werkzaam bij de gemeente Utrecht als adviseur monumenten en contactpersoon voor eigenaren en beheerders van beschermde kerken. De gemeente Utrecht telt in totaal 58 beschermde kerken die elk van grote betekenis zijn voor de stad Utrecht. Naast cultuurhistorisch erfgoed, zijn zij belangrijke toeristische trekpleisters, plekken van samenkomst en bakens in de stad. Gut legde uit dat de Utrechtse kerkenvisie op vier pijlers steunt: onderhoud, exploitatie en duurzaamheid; het toeristisch potentieel van een kerk; de rol van gemeente en eigenaar; en het instrument Herbestemmingsprofiel. Deze opzet wordt altijd gevolgd, wanneer een eigenaar of ondernemer zich bij de gemeente Utrecht meldt met een initiatief om een kerkgebouw af te stoten, dan wel een nieuwe functie te geven. Aan de hand van meerdere voorbeelden, toonde Gut hoe de kerkenvisie werkt in de praktijk. Het Herbestemmingsprofiel is een heel belangrijk onderdeel, omdat dit de kernwaarde van de kerk in beeld brengt en aangeeft waar transformatieruimte zit. Dit geeft vroeg in het proces duidelijkheid over waar verandering mogelijk is, wat helpt bij het voeren van gesprekken met projectontwikkelaars en potentiële eigenaren. Het succes van de kerkenvisie, en met name het herbestemmingsprofiel, is groot. De aanwezige kennis is gebundeld, het heeft een impuls gegeven aan een stadsbrede dialoog over de toekomst van de kerken in Utrecht en het draagvlak, zowel bestuurlijk als ook onder de burgers, is verbreed.

Dat het herbestemmen van leegstaande kerkgebouwen een proactieve en ondernemende geest vergt en hart voor de lokale gemeenschap, liet de derde spreker Rian Schonkeren-Hendrix zien. Zij trapte haar verhaal af met een prikkelende stelling: volle kerken in 2050! Maar is dit een visie of een fantasie, vroeg zij hardop aan het publiek. Schonkeren haalde Sible de Blaauw aan: “Kerkgebouwen zijn al eeuwenlang voertuigen geweest van gemeenschap en geloof. Er is geen reden te denken dat de samenleving in de toekomst zonder kan.” Maar dat het in de toekomst wel anders zal gaan, was voor Schonkeren duidelijk. Zij vertelde hoe haar familie werd geïnspireerd door de woorden van paus Franciscus, die een paus is die midden in de samenleving wil staan en mensen oproept om samen te bouwen aan een samenleving waarin plek is voor iedereen. Toen in 2014 in hun woonplaats Weert de voormalige H. Franciscus van Assisi kerk en de voormalige Fatimakerk moesten worden gered van de sloopkogel, kocht de familie beide panden aan. De eerste kerk is niet beschermd, de tweede als gemeentelijk monument. Voor Schonkeren zijn beide kerken echter even waardevol en hebben zij elk een eigen, nieuwe rol gekregen in de lokale gemeenschap. Beide kerken, nu het Franciscus Huis en het Fatima Huis genoemd, bieden ruimte aan verschillende sociale, educatieve en culturele activiteiten. Schonkeren liet zien hoe belangrijk het is om bij dit soort initiatieven ondernemend en enthousiast te zijn. Het toegankelijk zijn voor omwonenden is minstens zo belangrijk als het onderhouden van goede contacten met gemeente en provincie, gaf Schonkeren als tip mee. En vrijwilligers zijn onmisbaar voor het draaiende houden van dit soort projecten. Deze aanpak blijkt te lonen, want in 2018 werden Franciscus Huis en Fatima Huis genomineerd voor de Inspiratieprijs Prins Bernhard Cultuurfonds Limburg. De kerken weer vol in 2050? Met een volmondig ja op die vraag, sloot Schonkeren haar verhaal af: “Met een goede visie kan dat”.

Na de presentaties volgde een geanimeerde discussie. Verschillende mensen in het publiek vroegen zich af of een kerkenvisie ook ruimte bood aan duurzaamheidsvraagstukken. Wat waren de belangrijkste lessen die de sprekers hadden geleerd, vroeg iemand anders. En met de kennis die zij nu hebben, zouden de sprekers hun kerkenvisie nu anders vormgeven? Genoeg om over door te spreken. Robert Quarles van Ufford sprak in zijn dankwoord naar de sprekers toe dan ook de wens uit om deze bijeenkomst in de toekomst een vervolg te geven.

Foto 2.jpg
1 2 3 4 5